juni 1995
anarchisten,atheisme,geloof,god,godsdienst,humanisten,onverdraagzaamheid,verdedigers
van de godsdienst,
zelfbeschikking,zelfbeschikkingsrecht.
Naar het BEGIN van het
artikel
Terug naar:
de
Homepage van Rob van Es voor méér informatie
Help mee om deze site
te promoten. Vertel het uw…!
(Adres luidt: http://home.kpn.nl/rwvanes )
Naar bladwijzers:
Onverdraagzaamheid ;
HOE
ZAT HET OOK ALWEER…?
Achteraf gezien blijkt onze televisie uitzending
van 7 september 1994 een goed inzicht te geven in de wijze waarop het denken
over de godsdienst heden ten dage tewerk gaat. Was er ruim driekwart eeuw
geleden een behoorlijk sterke intellectuele weerstand tegen de godsdienst,
tegenwoordig zijn het juist de intellectuelen die door hun zogenaamde begrip de
godsdiensten in de kaart spelen. En de vertegenwoordigers van de godsdiensten
en andere geestelijke stromingen maken daarvan een dankbaar gebruik en treden
steeds driester op, zoals nu weer gebleken is bij het Commissariaat voor de
Media het geval te zijn. Daarom volgt hier de tekst van de causerie die ik toen
gehouden heb.
Nog niet zo erg lang geleden waren er een
heleboel intellectuelen die absoluut niets van godsdiensten moesten hebben. Zij
waren ervan overtuigd dat godsdiensten alleen maar slecht voor de mensen zijn.
Omdat zij op een waan berusten die op een gevaarlijke wijze de
wereldbeschouwing van de mensen verduistert. Liberalen, humanisten,
anarchisten, socialisten en nog een menigte wetenschappers en andere
intellectuelen kwamen rond voor hun atheïsme uit en zij beschouwden elke vorm
van bovennatuurlijkheid als een kortzichtig en uitermate infantiel
hersenspinsel.
Uiteraard verkeerden ook de vrijdenkers in
dat atheïstische gezelschap. Sterker nog, zij zijn zelfs al sinds halverwege de
vorige eeuw de gangmakers (ook nu nog profileren zij zich nadrukkelijk als een
atheïstische beweging met een dito omroep, jv). De mensen van de toenmalige
Dageraad bestreden consequent het geloof en de godsdienst. Uit principe deden
zij dat op wetenschappelijke gronden, maar zij maakten ook dankbaar gebruik van
het nieuwe bijbelonderzoek. Dat bracht onder andere aan het licht dat de
verhalen van bijbel, koran en andere zogenaamd heilige geschriften op oude mythen
berusten. Die werden in het gehele cultuurgebied van het Oosten al eeuwenlang
verteld zonder dat iemand ze als de woorden van god beschouwde. Deze inzichten,
gevoegd bij de resultaten van onafhankelijk wetenschappelijk onderzoek, werden
door vrijwel alle intellectuelen gedeeld. En die staken hun opvattingen niet
onder stoelen of banken! Graag voegden zij zich bij de vrijdenkers om de
godsdiensten aan de kaak te stellen. Maar tegenwoordig is dat niet meer zo! Er
heeft zich een dramatische omwenteling voltrokken die hierop neerkomt dat
genoemde intellectuelen, liberalen, humanisten, anarchisten, socialisten,
wetenschappers en anderen, fervente verdedigers van de godsdienst zijn
geworden. Op het ogenblik is het al zover gekomen dat je met recht kunt stellen
dat de godsdiensten nog nooit zulke overtuigende pleitbezorgers hebben gehad
(Let wel, pleitbezorgers van de godsdienst als cultureel verschijnsel en niet
zozeer pleitbezorgers van god, jv)! En de vrijdenkers zijn zelfs min of meer
alleen komen te staan. Nog onlangs heeft De Vrije Gedachte in een TV
-uitzending laten zien hoeveel malligheden er aan de godsdiensten over de
gehele wereld meekomen. Allemaal gebruiken, rituelen en psychische manipulaties
die, nuchter beschouwd, alleen maar belachelijk, misleidend en dom zijn.
Daarmee waren talloze kijkers het natuurlijk roerend eens, maar zo niet een
aantal intellectuelen. Die moderne intellectuelen hebben namelijk bedacht dat
het maar eens uit moet zijn met de suprematie van het westerse denken. Zij
hebben bedacht dat alle culturen recht hebben op hun eigen levensbeschouwing en
dat niemand het recht heeft iets negatiefs daarvan te zeggen, zeker de westerse
mens niet, die volgens hun al genoeg de baas heeft lopen spelen in de wereld. Ieder het zijne, is het moderne
quasi ruimhartige standpunt. En vanuit die ruimhartigheid wordt de godsdienst
niet meer op zijn inhoud beoordeeld (maar domweg op zijn aanwezigheid jv).
Natuurlijk hebben wij in feite niet te doen met ruimhartigheid, maar met een
ernstige vorm van intellectuele lafhartigheid! Dat blijkt zonneklaar uit de
gebruikte argumentaties. Men vindt het tegenwoordig namelijk heel zinvol dat
mensen godsdiensten aanhangen en zelfs is het volgens dat moderne denken zo dat
godsdiensten via hun gezag en rituelen een gunstige inwerking op de mensen
kunnen hebben. Ze zouden de mensen houvast bieden en ook een
toekomstperspectief, terwijl zij bovendien ethisch van grote waarde zijn, zo
beweert men. Maar hoe zit het dan met de cruciale vraag of er eigenlijk wel
goden bestaan? Wel, die wordt afgedaan met de laffe dooddoener dat kennis
omtrent god en het goddelijke buiten ons denken valt en dat wij er daardoor
niets van kunnen weten! Mooi zo: omdat wij dus niet kunnen wéten of god
bestaat is het plotseling niet erg als iemand onzin loopt uit te kramen en op
te dringen aan anderen. Het geloof is kennelijk een vrijbrief voor niet te
bedenken absurditeiten! Inderdaad, dat is nog waar ook! Maar, de moderne
intellectuelen komen tot overmaat van ramp ook nog met het argument dat het al
of niet bestaan van een god er eigenlijk helemaal niet toe doet. Het zou in de
praktijk gaan om de psychische en morele inwerking van de godsdienst op het
individu. Toe maar! Zo lust ik er nog wel een paar! Ze hebben er natuurlijk
gelijk in dat je de mensen hun ideeën niet af mag nemen. Dat kan trouwens niet
eens! Maar als je die ideeën niet meer kritisch en nuchter mag beoordelen, waar
blijven we dan? Moeten we het dan maar heel genuanceerd goedpraten dat er jonge
meisjes verminkt worden omdat een aantal gefrustreerde mannen ooit bedacht
heeft dat zo'n verminking de kuisheid van jonge vrouwen bevordert? Of moeten
wij er achter staan dat schrijvers, zoals nu weer Taslima Nasrin, onwettig ter
dood veroordeeld worden omdat hun uitspraken over de Islam niet in goede aarde
vallen bij enkele op macht beluste godsdienstige fanaten? En moeten wij het
normaal vinden dat een minister van justitie van een niet theocratische staat
als de onze ervan uitgaat dat de christelijke normen de enig juiste en
betrouwbare zijn? Christelijke normen nota bene die het zelfbeschikkingsrecht
van de mensen ontkennen en die vooral de vrouwen tot zombies maken. Moeten wij
dat echt allemaal goedpraten? En bedekken met de mantel der redelijkheid van
onze moderne intellectuelen die zich wel liberaal, humanistisch, anarchistisch
en dergelijke noemen, maar die in de praktijk alleen maar blijk geven van een
treurige geestelijke lafheid? Het is op het ogenblik al zover gekomen dat
vroegere geestverwanten van de vrijdenkers thans van oordeel zijn dat diezelfde
vrijdenkers tot de meest verstokte fundamentalisten gerekend moeten worden. Ja,
je hoort het goed, fundamentalisten! En, in vertrouwen gezegd: als het
begrip fundamentalisme niet zo besmet was door de wandaden van godsdienstige
geestdrijvers zou je het bijna als een geuzennaam gaan beschouwen! Het is
overigens inderdaad een feit dat de vrijdenkers zich bij alles de vraag stellen
"Hoe zat het ook alweer?". Uiteraard vragen zij daarbij niet, zoals
alle godsdienstige fundamentalisten, naar duistere dogmatische uitspraken en
voorschriften die lang geleden door overspannen tobbers zijn opgetekend en die
voor de goddelijke waarheid moeten doorgaan, maar zij vragen steeds weer naar
de uitkomsten van hun eigen logische denken. Dat voortdurend terugvallen op het
eigen unieke vermogen om de werkelijkheid te begrijpen en daarbij geen enkel
bovennatuurlijk hersenschimmig gezag te erkennen is typerend voor de
vrijdenkers. De vraag of en in hoeverre dat gelukt doet eigenlijk
niet terzake. Waarom het gaat is dat je niet je toevlucht neemt tot door
fanaten verzonnen waandenkbeelden of tot lafhartige intellectuele
onverschilligheid, overgoten met een sausje van verlichte redelijkheid en
modieuze genuanceerdheid...
Hoe
ruimhartig je ook erkent dat de mensen recht hebben op hun eigen godsdienstige
gekte, toch blijft steeds overeind staan dat het een gekte is. Ook als zo'n
gekte bij een aantal mensen heilzaam schijnt te werken is dat geen excuus om
dan maar vrijelijk met de godsdienstige instituten en hun machthebbers mooi
weer te gaan spelen en te doen alsof de gelovige prietpraat op hetzelfde niveau
zou staan als het door logisch nadenken en objectief onderzoek onderbouwde
moderne denken. Men wil het tegenwoordig maar liever niet openlijk toegeven,
maar in de maatschappelijke praktijk blijkt steeds weer dat de oordeelsvorming
van godsdienstigen onnavolgbaar en willekeurig is, nauwelijks enige houdbare
grond heeft, maar wel met een onvoorstelbare arrogantie als de maat der dingen
gesteld wordt. En vaak doen de gelovigen zich daarbij uiterst redelijk voor,
wel wetende dat zoiets het goed doet bij de moderne intellectuelen (en een
bijzonder efficiënt werktuig is om hun eigenlijke doel namelijk macht, te
bereiken. Zij denken noodzakelijk in termen van macht omdat zij in het teken
staan van een goddelijke hogere macht, jv). Maar als de een of andere
vrijdenker, of zomaar iemand die zijn hersens gebruikt, daar niet intrapt en
zich kritisch uitlaat over god en de godsdienst, ontsteken diezelfde o zo
redelijke godsdienstigen in grote woede en laten hysterisch weten dat zij
ernstig geschokt zijn en dat men henzelf en god diep beledigd heeft. En ze
schreeuwen om het hardst: "Dat zou verboden moeten worden! We gaan
kamervragen stellen!" Over het feit dat vrijdenkers en andere ongelovigen
bij voortduring beledigd en geschokt worden (en gediscrimineerd zoals nu weer
bij de zendtijd toewijzing gebleken is, jv) praat men niet en helaas
wordt men daarin tegenwoordig gesterkt door de moderne intellectuelen! Die
komen ons wijsmaken dat alle godsdiensten in wezen verschrikkelijk tolerant
zijn en dat godsdienstige fundamentalistische arrogantie, agressie en onverdraagzaamheid
slechts tot de uitwassen behoren. Vreemd is het dan wel dat je met die
tolerantie zelden te maken krijgt, maar wel steeds meer met die uitwassen!
Bovenstaande
tekst is geschreven: door Jan Vis, filosoof.
Terug naar: de
Homepage van Rob van Es voor méér informatie
Pagina's
zijn door mij uit het tijdschrift van De Vrije Gedachte No. 256- juni 1995
overgenomen.
Aangezien
de filosofie er niet is voor enkele bevoorrechten maar juist voor alle mensen,
is het citeren uit mijn werk zonder meer
toegestaan. Wel echter zou ik het op prijs stellen dat het citeren vergezeld
gaat van een duidelijke bronvermelding! (Jan Vis)
|
|