Terug
naar: de
Homepage van Rob van Es voor méér informatie
Help mee om deze site
te promoten. Vertel het uw…!
Trefwoorden: A; B; C; D; E ; F; G; H; I; J; K ; L; M; N; O; P; Q; R; S; T; U; V; W; X ; Y ; Z
Opgevraagde artikelen/werken
en/of cursussen vindt u terug onder deze link
Aanvullingen trefwoorden a t/m z
E=MC2-1-zie bladwijzers uit Beweging en Verschijnsel deel 1,
E=MC2-2-zie bladwijzers uit Beweging en
Verschijnsel deel 2,
E=MC2-3-zie bladwijzers uit
Gedachten over Ontstaan en Bestaan,
Economie ; de economie zelf is fout-zie
bladwijzers uit Vernietiging van Macht,
Economisch
Denken–zie bladwijzers in “De ontwikkeling van het Denken”,
Economische
groei, zie bladwijzers in Beweging en Verschijnsel deel 3,
Economische
groei, zie bladwijzers in De Ontwikkeling van de West Europese Cultuur,
Economische
groei, zie bladwijzers in Identiteitscrises vrijdenken,
Economische groei, zie bladwijzers in Nihilisme en Anarchisme als basis
van het Atheisme,
Economische
machthebbers-zie nr. 57 uit Filosofie van de Hak op de Tak 1t/m73,
Economische
slavernij-zie nr. 18 uit Filosofie van de Hak op de Tak 1t/m73,
Eenvoudige
inzichten-zie nr. 64 uit Filosofie van de Hak op de Tak 1t/m73,
Eenzaamheid
; kosmische eenzaamheid-zie nr. 63 uit Filosofie van de Hak op de Tak 1t/m73,
Eenzijdigheid-1
; zie bladwijzers in Beweging en Verschijnsel deel 1,
Eenzijdigheid-10 ; zie
bladwijzers in Vrouw en Wereld,
Eenzijdigheid-2
; zie bladwijzers in Beweging en Verschijnsel deel 3,
Eenzijdigheid-3
; zie bladwijzers in Briefwisseling-Incest,
Eenzijdigheid-4 ; zie bladwijzers in De Bajes,
Eenzijdigheid-5 ; zie bladwijzers in De Grote
Vierslag,
Eenzijdigheid-6
; zie bladwijzers in De ontwikkeling van de West Europese Cultuur,
Eenzijdigheid-7
; zie bladwijzers in Filosofie op de Hak op de Tak nrs.
1t/m73,
Eenzijdigheid-8 ;
zie bladwijzers in Perestrojka,
Eenzijdigheid-9 ;
zie bladwijzers in Tijl Uilenspiegel,
Eerste
Beweger-1-zie bladwijzers uit
Beweging en Verschijnsel deel 1,
Eerste
Beweger-2-zie bladwijzers uit Filosofievan de Hak op de Tak nr.2,
Eerste
Beweger-3-zie bladwijzers uit
Gedachten over Ontstaan en Bestaan,
Eeuwigheid-zie
bladwijzers van Beweging en Verschijnsel deel 1,
Egoïsme
; absoluut egoïsme-zie nr. 59,
Eigen
rechter spelen_authentiek recht_het
recht en het collectief_zie nr. 16,
Eigendom
; virtueel eigendom-zie nr. 59,
Eigengereide
filosofen-zie nr. 19,
Eigenwaarde
-uit Beweging
en Verschijnsel deel 2-zie bladwijzers,
Einde ;
niet wetenscappelijk
aantoonbare einde-zie nr. 43,
Einstein
; Albert Einstein-zie nr. 69,
Elementaire
materie-zie bladwijzers van Beweging en Verschijnsel deel 1,
Elementen
; essenties en elementen- nr. 24,
Elimineren
van bijzonderheden-zie nr. 48,
Elitaire
; de zuiging van het elitaire-zie bladwijzers
van ontwikkeling West Europese Cultuur,
Elite-1
nrs 1 t/m 6-zie bladwijzers
van ontwikkeling West Europese Cultuur,
Elkaars
iets wijsmaken-zie nr. 19,
Ellende
; de bron van veel ellende-zie nr. 05,
Emotioneel
bewustzijn- nr. 29,
Energie
; arbeid als energie- nr. 25,
Energie ; Het begin van de Materie-Energie(zie bladwijzers uit Gedachten van
Ontstaan en Besteaan)
Enkele raadgevingen bij “De Kunst van het filosoferen”
Enkeling
en gemeenschap- nr. 33,
Enkelingen
; zich bevrijdende enkelingen-zie nr. 67,
Enkelvoudigheden
zie bladwijzers van Beweging en Verschijnsel deel 1,
Er moet
toch iets hogers zijn..?-zie afl. 37-uit Filosofie van de Hak op de Tak 1t/m73,
Er moet
toch iets zijn? -zie bladwijzers van Beweging en Verschijnsel deel 1,
Erfelijkheid
en geboorte-zie nr. 16,
Erkenning
; het begrip erkenning-zie nr. 07,
Erkenning ;
negatieve erkenning-zie nr. 02,
Erkenning ;
positieve erkenning-zie nr. 02,
Essentiële
verhoudingen-zie nr. 22,
Essenties
en elementen- nr. 24,
Europa
; het begin van West Europa-zie bladwijzers
van ontwikkeling West Europese Cultuur,
Europa ; Het oude en het moderne europa [cultuurkenmerken] - zie bladw.,
Europa ; Verenigd Europa-1-zie bladwijzers,
Europa ; Verenigd Europa-2_zie nr.02,
Europa ; Verenigd Europa-3_zie nr.08,
EUROPA een begeerlijk object – Klik [ Op de Valreep 2015 ] en de
betreffende bladwijzer,
Euthanasie ;
de mens heeft dat recht niet..! is
dat zo..?-zie afl. 23,
Euthanasie ;
Vriendschap en liefde inzake Euthanasie-afl.
23,
Euthanasie, (…uitzichtloos
en ondraaglijk lijden..?),
Euthanasie-vrijheid
om te sterven-zie nr. 23
Evangelie
; Het Evangelie_een
Geloofszaak…?_Misbruik…?-zie afl. 12a,
Evangelien ; de Bijbel,
de Vier Evangelien, Meesterlijke sprookjesvertellers,
Evolutie ; de evolutie op
onze planeet is beëindigd-zie nr. 02,
Evolutie
; het einde van de evolutie-zie nr. 69,
Evolutie
; niet aantoonbare voortgang van de evolutie-zie nr. 42,
Evolutie
; onduidelijk begrip Evolutie-zie nr. 11,
Evolutie
en aanpassing- nr. 28,
Evolutie of creatie
; de voorvaderen van de mens..zie bladwijzers
Evolutie- wat is: o.a.
geest, bewustzijn, psyche, gevoel, begrijpen, denken,
Existentialisme-2- zie bladwijzers uit Beweging en
Verschijnsel deel3,
Existentialistische
filosofie- zie bladwijzers uit
Beweging en Verschijnsel deel3,
Existentiële
garanties-zie nr. 07,
Existentiële
onvrede-zie nr. 18,
Terug naar: de Homepage van Rob van Es voor
méér informatie
Voor mensen die opgegroeid zijn in de westerse denktraditie
is het niet gemakkelijk het begrip ontwikkeling te begrijpen. Want
onwillekeurig sluipt de "groeigedachte" het denken binnen, met als
gevolg dat we aan "groter worden" gaan denken en dus bevangen raken
in kwantitatieve begrippen. De ideeën over de huidige economie zijn een goede
illustratie. Men zegt immers "het gaat goed met de economie, want de
winsten stijgen, de export neemt toe, er komen weer arbeidsplaatsen bij ",
enzovoort. Er is dus inderdaad te spreken van "groei", maar betekent
dit nu ook dat de economie als zodanig verbetert?
Voor meer informatie, zie: De
ontwikkeling van het denken
Zoals
gezegd leven wij in de periode van het mannelijke denken. Dat is een denken
waarbij alles draait om de verzameling. Het streven is dan ook er op gericht zoveel
mogelijk elementen aan de verzameling toe te voegen: in de wetenschap gaat het
om het vergroten en uitbreiden van de kennis, in de economie gaat het om de
"groei", in de politiek gaat het om het vergroten van de macht, in de
democratie om het laten meetellen van zoveel mogelijk kiezers en in het recht
om het op redelijke wijze regelen van zoveel mogelijk menselijke relaties,
enzovoort. Men "inventariseert" de werkelijkheid. Weliswaar doet men
het voorkomen alsof het gaat om het begrijpen van de werkelijkheid, maar als
men dat al echt meent houdt het "begrijpen" toch niet meer in dan het
ordenen van de gegevens, het op een rijtje zetten, een inventaris maken.
Inderdaad kan men daarmee door de ruimte reizen, de atoomkern splitsen, een
harttransplantatie verrichten. Maar men kan er niet de honger mee opheffen, de
dreiging van een oorlog mee keren, het welzijn van de mensen bevorderen. Men
DOET namelijk niet echt iets met het denken, de kennis breidt zich uit maar het
denken ontwikkelt zich niet…
Voor
meer info, zie: De ontwikkeling van het denken en Conditionering
Hoe kan ik die voorkomen ? Zie: onvrede
Citaat uit “Trouw aan…”: Je moet je echter wel afvragen welke
begrippen inhoud zijn van het begrip liefde. Ik kom dan op een tweetal begrippen,
namelijk eerlijkheid en trouw. Het eerste betekent dat je voor
jezelf alles laat gelden wat er te gelden heeft, dat je dus niets in jezelf
verdoezelt. Dat hangt ten nauwste samen met het begrip twijfel.
Een eerlijk mens durft voor zichzelf toe te geven dat hij
twijfelt.
Het
tweede betekent dat je jezelf, als geheel van allerlei eigenaardigheden, zo
helder mogelijk laat gelden en dat je dus niet van dat geheel afwijkt. Je
verschuilt jezelf niet achter uiterlijkheden.
(
gebruik b.v de trefwoorden: samenhang, ruimte,
liefde.) Zie…
Bouwen
zij niet hun gehele persoonlijkheid op met behulp van een besef van
eigenwaarde, ja zelfs van eigen meerwaarde ten opzichte van de andere mensen?
En is niet ons gehele ethische, maatschappelijke, politieke en economische
stelsel gebaseerd op de meerwaarde van de een ten opzichte van de ander en dus
ook op de competitie en naijver tussen de mensen,
alle mooie woorden over “gelijkheid” ten spijt?
Onze
waardenstelsels berusten op de analyse, het uit elkaar halen van de
werkelijkheid en het vervolgens vergelijken van het ene onderdeel met het andere.
Bij die vergelijking zijn onze eigen belangen de maat. Op grond van die
belangen hechten wij- letterlijk - waarde aan bepaalde dingen en mensen en aan
andere niet. Dat geldt ook
voor de overtuigingen, de zogenaamde geestelijke zaken, de idealen, want ook
die vormen wij vanuit ons eigen belang. Weliswaar beweren wij in dat
geval dat het ons om het belang van de mensheid gaat, maar intussen zijn wij
het toch zelf die bepalen wat het belang van de mensheid is. Het is voor ons
belangrijk dat het goed komt met de mensheid, maar voor dat goede leggen wij
onze eigen normen aan.
Het goede is voor een godsdienstige iets anders dan voor een vrijdenker. Dus wordt het waarde hechten aan bepaald door onze eigen geest, waarin wij ons een voorstelling maken van de werkelijkheid, zoals die volgens ons zou moeten en kunnen zijn. Het is echter de vraag of de werkelijkheid is zoals wij ons haar voorstellen.
Voor
meer informatie, zie: Dat verrekte nihilisme
Het begrip nihilisme moet gezien worden in het licht van
datgene dat ik al over de ontwikkelde individu gezegd heb: als alle mensen voor
ieders besef, en dus ook onderling, individu geworden zijn en datzelfde ook
geldt voor de producten van die mensen, vervallen de waardeverschillen tussen
de afzonderlijke mensen.
Met het vervallen van die verschillen wordt het waardebegrip een leeg begrip. Je kunt dan ook stellen dat
er wezenlijk niets is dat waarde heeft. En ook is er niemand die waarde heeft.
Dat is de werkelijke inhoud van het begrip nihilisme, een begrip dat in onze
huidige cultuur vrijwel niet verstaan wordt, juist omdat iedereen nog bezig is
eigenwaarde te ontwikkelen en te bevestigen. Het begrip anarchisme heeft als
inhoud dat de mens zichzelf bestuurt. Het tot gelding komen van dat begrip
vooronderstelt dat er geen materiële of ideologische waarden zijn die de mens
dwingen een bepaalde kant op te gaan. Zijn die waarden er wel dan kun je niet
spreken van een zichzelf besturend mens, het zijn dan de waarden die hem
besturen.
Voor meer informatie, zie:
Beweging
en Verschijnsel deel 2
DE OERCEL: ( trefwoorden :
beweeglijkheden , ruimte , elementaire materie , samenhang , materie , relatie
, oercel , bewustzijn , psyche
, buitenwereld , wat is geest , zelfbewustzijn ).
Lees
hiervoor Beweging
en Verschijnsel deel 1, 2 en 3
Dat
"beginnen" moeten we niet uitsluitend in de tijd denken, het is niet
altijd het eerste wat je aan elkaar ervaart en daarom moet je het zien als
"het eerste moment" van de zaak. Logisch: zonder uiteen zijn kan er
geen ineenzijn ontstaan. De prikkeling ligt op het
terrein van het uiteen zijn, maar tegelijk is de prikkeling het eerste begin
van het naar elkaar toe gaan. Het is als het ware “de grens" van het
buiten elkaar zijn van twee mensen. Dat je de prikkeling als "eerste
moment" niet in de tijd moet denken blijkt ook hieruit dat bij verdere
toenadering van twee mensen die prikkeling niet verdwijnt, zij blijft almaar meespelen.
Zou zij verdwijnen dan zou het met het vrijen ook niet veel worden. Ook hier
zien we weer dat we moeten vermijden om (westers) lineair te denken. Zouden we
dat wel doen, dan zou met het optreden van het tweede moment het eerste voorbij
zijn, maar zo is het dus niet. Het is zelfs nog sterker: als in de seksualiteit
“het elkaar object zijn" niet mee blijft spelen, mislukt de hele zaak.
Iedereen weet wel dat je ten opzichte van elkaar geprikkeld moet zijn, maar
lang niet iedereen realiseert zich dat dit gebaseerd is op het voor elkaar over
en weer "object zijn" - om een tegenwoordig veel misbruikt woord te
gebruiken: "elkaar lustobject zijn". In allerlei verhandelingen over
de seksualiteit wil men dit er nogal eens uitpoetsen omdat men het niet "humaan"
vindt elkaar als een object te beleven. Typisch is dat de westerse mensen
nauwelijks iets anders doen dan elkaar als een object te beschouwen, maar in de
seksualiteit zou het dan niet erg liefdevol zijn! De seksualiteit wordt vaak
heel zoetig voorgesteld, als een sprookjeswereld waarin de prins en de prinses
elkaar vinden en heel poëtisch één worden. Het uiteen zijn, waar nu juist de
prikkel ligt, is dan geheel en al opgeheven. Typisch: in het Oosten liet men de
geliefden op dat moment sterven! Men wilde daar de individualiteit niet en dus
wilde men elkaar ook in geen geval lustobject zijn. Dat wil niet zeggen dat men
de lust als zodanig afwees; in tegendeel, maar men zag die als goddelijk en dus
als bovenaards, als boven het object uitgaande. Meer info, zie…
Het
individualisme heeft in zogenaamd linkse kringen geen goede naam, geassocieerd
als het wordt met liberalisme en kapitalisme. Dat is eigenlijk merkwaardig,
want het grondthema van de westerse cultuur is toch de ontwikkeling van de mens
tot individu. Je zou dus verwachten dat juist mensen die zichzelf graag
'progressief' noemen warme pleitbezorgers van elke, de individualiteit
bevorderende, ontwikkeling zouden zijn...
Niets echter van dit alles! Een en ander wordt nog vreemder als je ziet dat
diezelfde mensen die met betrekking tot het individualisme in ònze cultuur een afwijzende houding aannemen er, als het
gaat om àndere culturen, bijvoorbeeld die van de
derde wereld of de voormalige 'communistische' wereld, energiek naar streven om
daar de mensen te steunen in hun worsteling om vrij en zelfstandig te worden,
los te komen van de voorgeschreven massa-identiteit en een persoonlijke
identiteit te ontwikkelen. Feitelijk dus een aanmoediging om zich in
individualistische zin te verwerkelijken. Maar, tegelijkertijd is er dit taboe
ten aanzien van het individualisme. Een taboe is het in alle opzichten want het
mag beslist geen 'individualisering' of iets dergelijks heten, maar het moet
beschreven worden in termen van 'emancipatie', 'bevrijding', 'dekolonisatie' en zomeer. Voor meer info. Zie: Varia-
nr. 03
Liberalisme-2: Dat verfoeilijke
individualisme
Het individualisme heeft in zogenaamde
linkse kringen geen goede naam, geassocieerd als het wordt met liberalisme en
kapitalisme. Dat is eigenlijk merkwaardig, want het grondthema van de westerse
cultuur is toch de ontwikkeling van de mens tot individu. Je zou dus verwachten
dat juist mensen die zichzelf graag progressief noemen warme pleitbezorgers van
elke, de individualiteit bevorderende, ontwikkeling zouden zijn...
Niets echter van dit alles!
Een en ander wordt nog vreemder als je ziet dat diezelfde mensen die met
betrekking tot het individualisme in hun eigen cultuur een afwijzende houding
aannemen en als het gaat om andere culturen, bijvoorbeeld die van de derde
wereld of de voormalige communistische wereld, energiek naar streven om daar de
mensen te steunen in hun worsteling om vrij en zelfstandig te worden, los te
komen van de voorgeschreven massa identiteit en een persoonlijke identiteit te
ontwikkelen. Feitelijk dus om zich in individualistische zin te verwerkelijken.
Maar, tegelijkertijd werkt het taboe ten aanzien van het individualisme - want
een taboe is het - toch in zoverre door dat laatstgenoemd proces beslist geen
individualisering of iets dergelijks mag heten, maar beschreven moet worden in
termen van emancipatie,
bevrijding, dekolonisatie en zomeer.
Voor meer info. Zie: Dat verfoeilijke individualisme
We hebben gezien dat seksualiteit is: het elkaar benaderen
van het vrouwelijke en het mannelijke. Dat is lang niet altijd hetzelfde als
vrouw en man, maar daarover moeten wij het nog hebben. Erotiek heeft uiteraard
met seksualiteit te maken, maar toch is het in zoverre iets anders dat het
strikt individueel is, d.w.z. dat het geldt voor jou zelf, ongeacht de ander,
die er overigens wel de oorzaak van kan zijn. De erotiek is het hele complex
van verschijnselen en ervaringen die prikkelend zijn. Zonder prikkeling is de
seksualiteit, in de zin van met elkaar vrijen, onmogelijk, of in ieder geval niet
bevredigend. Prikkeling ontstaat door zintuiglijke ervaringen (vaak ook
fantasieën van zintuiglijke ervaringen) die dus van buitenaf komen, een
"uitwendig" karakter hebben. Het is een complex van zintuiglijke
ervaringen aan elkaar. Die winden je op. Maar essentieel is hierbij dat
"jij" buiten "mij" bent. Hier geldt het begrip "buiten
elkaar zijn", dat voor alle verschijnselen en dus ook voor een mens geldt.
De vrouwelijke verhouding (geheel) en de mannelijke verhouding (inhoud) zijn
uiteen. Dat is de praktische basissituatie van de mensen; in de seksualiteit
gaan ze ineen en dat proces begint met de een of andere prikkeling. Meer info: zie…
EUTHANASIE: “Ik beslis zelf wel over mijn LEVEN en mijn
STERVEN”.
Is
dat wel zo ? klik hier
De bedoeling van een wetenschappelijk congres is de discussie; daaruit put het congres zijn kracht dat het de deelnemers aanzet tot het overdenken van nieuwe argumenten. Maar aan dit laatste hebben de gelovigen geen behoefte, gezegend als zij zijn met het bezit van de door god persoonlijk geopenbaarde waarheid, neergeschreven in het heilige boek, de bijbel. En dus wordt er voor het congres aan de sprekers medegedeeld dat het niet toegestaan is te filosoferen. Ik ben bang dat het aan veel mensen ontgaan zal zijn wat de betekenis is van een dergelijk verbod. Want voor de meeste mensen is de filosofie toch maar een oeverloos en dor gezwam, dat bovendien nog zo abstract is dat niemand er iets van begrijpt, laat staan dat iemand er iets aan heeft. Het verbod om op een dergelijke manier de toehoorders te vervelen lijkt dus redelijk. Maar het verbod tot filosoferen betekent in feite dat het niemand toegestaan is op het geheel der feiten een visie te hebben. Men mag de feiten niet plaatsen in het verband van een visie op de werkelijkheid.
De feiten moeten los van
elkaar blijven.
In de grond van de zaak houdt
dit in dat het zelfs onmogelijk is over de evolutiegedachte te spreken - deze
gedachte berust immers voor een goed deel op een visie, op een door onderzoek
en denken naar voren gekomen voorstelling van de werkelijkheid. En in dit licht
mogen de feiten niet gesteld worden, want dan is men bezig te filosoferen!
Voor meer info. zie: evolutie of creatie
Het
wordingsproces, de evolutie :
(wat is:
o.a. geest,bewustzijn,psyche,gevoel,begrijpen,denken.
)
Als je de hele gedachtegang
over het wordingsproces, de evolutie van het leven en de structuur van de mens
af gedacht hebt blijken er bewustzijn en zelfbewustzijn te gelden en op grond
daarvan is de werkelijkheid zogezegd tot weten omtrent zichzelf gekomen. Dan
blijkt dat dit weten de leidraad voor de filosofische gedachtegang is en niet
de een of andere waarneming. Maar, het is typisch filosofisch, dat je hier pas
dan achter kunt komen als je de hele denkweg afgelegd
hebt. Omdat wij dit op het ogenblik nog niet gedaan hebben kunnen wij eigenlijk
nog niet weten dat wij, bij het begin van onze gedachtegang, niet met een
waarneming te doen hadden. En, voor zover het toch een waarneming was - want
dat is het ook - is die er tengevolge van iets
anders. Het blijkt namelijk dat wij mensen waar kunnen nemen juist omdat dit
weten er is en dat de in onze cultuur heersende opvatting dat weten een gevolg
zou zijn van waarneming, waarop onze gehele wetenschap en de daarbij behorende
theorieën gebaseerd zijn, een misvatting is. Deze wreekt zich dan ook, met het
voortschrijden van de wetenschappelijke ontwikkeling, steeds meer: de toename
van de kennis leidt helemaal niet tot een beter weten, maar daarentegen juist
tot een steeds grotere verwarring. Die heft zich op den duur echter wel weer op
als de mensen cultureel zover gevorderd zijn dat zij de gedachtegang, op grond
van louter denken, aandurven. Als het zover is zal ook blijken wat het
werkelijke nut van het verzamelen van wetenschappelijke kennis is geweest.
Er zijn nogal wat
verschijnselen waarop het wetenschappelijke denken slechts tot aan een zekere
grens vat heeft en daaraan voorbij niet meer. Volgens Newton moet je daarop
verder geen acht slaan, maar intussen blijven de problemen wel liggen. Als
voorbeeld de werking van de hersenen. Men weet een heleboel, zeker nu men meer
vertrouwd is geraakt met kunstmatige geheugens zoals computers en zich geoefend
heeft in een andere wijze van denken. Daardoor kan men zich wel enigszins
voorstellen hoe bijvoorbeeld de herinnering werkt. Maar voor een wetenschapper
is de vraag wat het bewustzijn is, niet op te lossen. Wat is geest, wat is
gevoel, wat is bewustzijn, wat is begrijpen? Hij kan er desnoods wel een aantal
eigenschappen van opsommen, maar de vraag wat is het, blijkt onoplosbaar. De
oorzaak van dit merkwaardige verschijnsel is gelegen in het feit dat in het
verschijnsel hersenen, als samenklontering en als organisatie, ook het aaneen
gegroeid zijn meespeelt en daarover is empirisch niets aan de weet te komen.
Dat geldt niet alleen voor de hersenen, maar voor de gehele verschijnselen
wereld. De onderzoekers stuiten dan ook steeds op onverklaarbare en niet te
onderzoeken zaken. Daar slaat het onderzoeks- denken af. De leegte, die dan
ontstaat, is gewoonlijk precies het terrein waarop allerlei theorieën
losgelaten worden, van behoorlijk plausibele tot en met mystieke, paranormale
en metafysische.
Voor nadere informatie, zie
: Beweging
en Verschijnsel deel 1,2 en 3
Ook de geschiedenis leert ons dat de ontwikkelingen in de cultuur niet
te danken zijn aan gevoerd beleid en bekwaam management, maar aan langzaam
onontkoombaar worden van inzichten. Beleid en management zijn er pas als die
inzichten aanvaard zijn en de oude praktijken algemeen als ondeugdelijk worden
gewaardeerd. Zo is de afschaffing van de slavernij niet aan beleid te danken,
maar aan emancipatie
van individuele mensen in de westerse cultuur. Pas veel later werd het een
beleid om halsstarrige slavenhouders tot de orde te roepen. Er is zelfs een
Amerikaanse burgeroorlog voor gevoerd (1861-1865).
De planten- en
dierenwereld komt niet verder dan het bewustzijn. De werking hiervan is een
geprogrammeerde, plant en dier kunnen er geen nee op zeggen. Voor dat
bewustzijn van elk individueel levend exemplaar is de werkelijkheid
samenhangend: hij ziet en ervaart zijn biotoop zo. Maar alweer: in feite hangt
er niets samen. Het ene levende wezen is het andere niet, ondanks het feit dat
alle leven eigenlijk één leven is en alle afzonderlijke vormen in zichzelf een
en al samenhang zijn. Het leven heeft zich echter in talloze vormen
gedifferentieerd en die vormen staan op zichzelf. Let er echter op dat ik het
nu niet over de relaties tussen de levensvormen heb, want die zijn er wel
degelijk en zelfs op buitengewoon innige wijze. Het laten gelden van die
samenhang geschiedt automatisch, het is dus een programma waaraan niet te
ontkomen is - dit laatste in tegenstelling tot de mens. Daarom verbreekt een
dier nimmer de werkelijkheid, misdaad is hem vreemd. De mens echter loopt uit
in zelfbewustzijn en daardoor is letterlijk alles ontkend.
Hij kent dan ook
geen automatisch geldend besef van samenhang. Vooral voor zover de mens
eenzijdig op zijn denken afgaat krijgt het besef van samenhang geen kans omdat
het bewustzijn geen kans krijgt. Het is dan allemaal zelfbewustzijn wat de klok
slaat en dat betekent dat het over een in zichzelf gescheiden werkelijkheid
gaat. Het uiteenzijn viert dan hoogtij! Het is vaak
moeilijk te aanvaarden dat het juist het denken is dat tot misdaad,
verwaarlozing en uitbuiting leidt, maar toch is dat een feit. Daarmee is het
denken niet afgekeurd en af te keuren want dat gaat gewoon zijn gang. Af te keuren
is de eenzijdige kijk, de botte voorstelling zoals die als onaantastbare maat
genomen wordt - vooral in de moderne cultuur. Meer informatie, zie: De Grote
Vierslag
Het mag dan ook geen wonder heten dat de moderne
mensen een toenemend gevoel van eenzaamheid, van de ander gescheiden-zijn, ervaren en dat zij hiervoor
geen verklaring kunnen vinden omdat zij nu eenmaal niet kunnen begrijpen dat
een verbeterde communicatie een groter bewustzijn van gescheiden-zijn
teweegbrengt. En zij kunnen dit niet begrijpen omdat zij geen raad weten met
hun individuele gesteldheid. Het feit dat een verbeterde communicatie een
grotere eenzaamheid oproept mag niet als argument gebruikt worden om de verdere
ontwikkeling op dit gebied af te remmen. Als we namelijk de gedachtegang…
Voor
meer info. Zie: Eenzaamheid en onvrijheid
In het westerse denken is het begrip eeuwigheid verworden tot
een almaar voortdurend tijdsverloop, dus een tijd die nooit ophoudt. In het
hiernamaals blijft de tijd maar doorgaan. Dat echter is een banale,
kwantitatieve westerse opvatting. Als men lang geleden, in het oosten maar ook
later in de Griekse cultuur en de Evangelische cultuur, over “het eeuwige
leven” sprak doelde men niet op een nimmer ophoudend tijdsverloop, maar op het
karakter van de oorspronkelijke werkelijkheid. Omdat men begreep dat voor de
mens die werkelijkheid geldt dacht men hem eeuwig leven toe, zonder te menen
dat hij zonder ophouden zou leven. Men stelde de mens in het teken van de eeuwigheid en dat is
eigenlijk in het teken van de geest, dat wil zeggen het oorspronkelijke
karakter van de beweeglijkheden weer terug, het niet meer in het tijdelijke
geworteld zijn en dus niet meer in het eenzijdig materiele.
Voor
meer informatie zie: Beweging en
Verschijnsel deel 1
Aan
de basis van de Angelsaksische wereld treffen wij een drietal elites aan, die
elk op hun eigen wijze een rol gaan spelen. Het spreekt vanzelf dat we als
eerste te doen hebben met de traditionele elites, bestaande uit de adel en de
afstammelingen van de vroegere regenten. De leden van deze groeperingen
behoorden automatisch tot de bovenlaag van de maatschappij, louter op grond van
hun afkomst. Aanvankelijk werden er aan deze mensen nauwelijks intellectuele
eisen gesteld, maar met het zich doorzetten in de 19e eeuw van het
wetenschappelijke denken werd enige ontwikkeling op intellectueel gebied toch
wel wenselijk geacht: men ging de universiteiten bezoeken en men eiste de
universitaire vorming voor zichzelf op. Het werd een voorrecht van de
bovenlaag, in tegenstelling tot voordien, toen er veel begaafde mensen uit het
volk tot de universiteit doordrongen. Tot aan de tweede wereldoorlog echter
waren het die geschoolde klassieke elites die de dienst uitmaakten. Echte
politieke figuren waren zij niet, het waren geboren machthebbers, die, in het
beste geval, tamelijk liberale opvattingen hadden. Zij waren tegen een
allesoverheersende staat en zij juichten een zo groot mogelijke persoonlijke
vrijheid toe, ook de vrijheid om in het gedrang vertrapt te worden. Een ieder
moest zijn eigen bonen maar doppen. De staat was eigenlijk hun bezit, zoals zij
in het verleden de wereld bezaten als feodale heren. Maar na de tweede
wereldoorlog verdwijnen deze elites gaandeweg van het staatkundige toneel: zij
zijn hoogstens nog goed voor ambassadeursposten en decorum bij vorstelijke
vertoningen. Als representanten van de klassieke wereld hebben zij afgedaan; op
grond van hun afkomst is er voor hen geen plaats meer in de Angelsaksische
wereld, zoals die zich sinds 1945 doorgezet heeft. Wie echter wel bij die
nieuwe Angelsaksische wereld behoren zijn de zogenaamde nieuwe rijken. Dat zijn
mensen die op de een of andere manier rijk geworden zijn, doorgaans ten gevolge
van activiteiten in de koloniën. Zij hadden ook een belangrijk aandeel in de
geldhandel. Deze nieuwe rijken kwamen voor het merendeel voort uit de burgerij;
zij konden zich in geen enkel opzicht op een deftige afkomst beroepen. De beruchte Colijn
bijvoorbeeld (1869 - 1944) was ook als koloniaal begonnen en rijk geworden door
de olie. Maar hij bracht het wel tot premier en verschillende
ministersfuncties. Toch is er ook bij deze soort van elite een verandering
opgetreden: de wijze waarop je rijk geworden bent is een rol gaan spelen.
Tegenwoordig is wetenschappelijke vorming vereist en bovendien hecht men waarde
aan een economische carrière. Je moet concerns achter je hebben en dat tekende
zich ook al af bij een figuur als Colijn. Van belang is evenwel dat dergelijke
elites min of meer uit het volk voortgekomen zijn. Een echte politieke
gesteldheid hadden zij echter niet; hun machtsbewustzijn was in wezen
tiranniek, gericht op de sterke man. Een duidelijke calvinistische inslag was
kenmerkend. Tot nu toe heeft deze elite zich weten te handhaven, zij het met
enige wetenschappelijke aanpassingen. De belangrijkste Angelsaksische bovenlaag
wordt tegenwoordig gevormd door de nieuwe politieke elite. Het gaat deze mensen
louter om de politiek en dat komt in de praktijk natuurlijk neer op macht. De
basis van deze machtsgroep is gelegd door het politieke socialisme, zoals dat
zich in de sociaal democratie doorgezet heeft. Of men nu tot een socialistische
politieke partij behoort of niet, toch komt men uit die basis voort. En die
elite is de maat voor alles wat de staat betreft. Afkomst en rijkdom spelen
geen rol, een concern als achtergrond is zelfs ongewenst, terwijl
wetenschappelijke vorming vereist is. Met recht kunnen wij zeggen dat in deze
elite de Angelsaksische gesteldheid zich effectief heeft waargemaakt. En dat is
een feit geworden na de tweede wereldoorlog. In dit verband is het opmerkelijk
dat heel veel mensen niet in de gaten hebben dat deze verandering van
gesteldheid heeft plaatsgevonden. Nog minder wil men inzien dat er een verband
bestaat tussen deze veranderingen en het nationaal socialisme: beide zijn manifestaties van
de Germaanse cultuurwereld,
de één op democratische wijze, de ander op dictatoriale. Maar het verschil tussen
die twee is niet zo groot als gewoonlijk gesuggereerd wordt
Meer info: klik hier
(Zie bladwijzer: de nieuwe elite)
Terug
naar: de
Homepage van Rob van Es voor méér informatie
|